Een boek voor mensen met kanker en hun partners.
Nog geen jaar nadat de schrijvers van dit boek, Gerard Kind en Wiepke van Coevorden elkaar gevonden hebben in hun grote liefde, blijkt dat de borstkanker, waarvoor Wiepke vijf jaar eerder is behandeld, zich tegen alle verwachtingen in heeft uitgezaaid. Genezing is onmogelijk. Beiden gaan door hun eigen dal van verbijstering, wanhoop, zorgen, onzekerheid en angst, wat vreet aan hun relatie. In dit boek brengen zij hun beide verhalen samen.
Gerard schrijft over zijn ervaringen en rol als partner. Dit is redelijk uniek. Over de rol van partners is nauwelijks iets geschreven. Hij voelt zich in een soort heiligenrol gedrongen, vol opofferingsgezindheid. Hij worstelt met gevoelens van falen. De drang om te vluchten beklemt hem en hij voelt zich schuldig. Tegelijkertijd staat hij zijn geliefde Wiepke bij op een zo authentiek mogelijke wijze.
Wiepke beschrijft de weg, die zij moet gaan, als de kanker haar steeds weer van een stuk leven berooft. Ze moet haar werk opgeven, omdat het niet meer gaat. Als vrijwilliger in een hospitium vindt zij weer een stukje zin in het leven, maar ook dat brokkelt af. Wiepke vertelt over de worsteling in hun relatie; hoe zij zich steeds meer naar binnen keert in een overlevingsmodus, maar tegelijkertijd ziet wat dit met Gerard doet. Hij voelt zich buitengesloten. Openhartig en ontroerend beschrijven zij beiden hoe ook hun seksuele relatie hapert en uiteindelijk niet meer gaat. Beider onbevangenheid hierin is afgenomen, bang om elkaar pijn te doen en elkaars droefheid erover voelend.
De schrijvers schuwen de moeilijke vragen niet:
Hoe is het als je geliefde kanker heeft en gaat sterven?
Hoe maak je iets van je leven als je zelf kanker hebt?
Wat doet de ziekte met je relatie en wat als die relatie in een crisis raakt?
Hoe ben je partner van een zieke en hoe ben je partner als zieke?
Gerard en Wiepke nemen je mee in hun ervaringen en laten geen onderwerp onbesproken. Ze zijn op integere wijze bijzonder openhartig en eerlijk in hoop en wanhoop. Beider verhalen zullen je raken, omdat ze zo echt en herkenbaar zijn. Zonder af te doen aan Wiepke als patiënt, is het relaas van Gerard als gezonde partner tegelijkertijd schokkend en ontroerend in alle openhartigheid.
Voor mij is het een eye-opener en het helpt mij om mij nog beter in te leven in mijn partner.
Het lezen van dit boek kan helpen om de weg te openen naar het openhartige gesprek tussen patiënt en gezonde partner.
Een enkele zin uit het laatste hoofdstuk in beide verhalen:
Gerard: “O mijn lief, bij ons is er nog veel over, maar er is ook ontstellend veel dat we hebben moeten prijsgeven, veel dat ons door de tentakels van de kanker uit onze handen is gewrongen…. Maar ik blijf erbij omdat ik intens van je houd, ook al weet ik daar vaak geen andere uitdrukking aan te geven dan even over je haar te strelen… Tot waar zal ik je brengen? Dat is geen vraag!”
Wiepke: “Tot waar zal ik je brengen? schrijf jij in het laatste hoofdstuk van jouw boek… Tot hier dus, tot op de grens van leven en dood… En daar, aan het einde van alles, daar hebben we alles verloren en alles gewonnen. Dag mijn schat, heb het goed.”
Corrie Sleebos
Gerard Kind en Wiepke van Coevorden.
Tot hier zijn wij gekomen.
Een boek voor mensen met kanker en hun partners.
Uitgeverij Lannoo nv, Tielt. 2002
249 pagina’s
ISBN 90 209 5001 0
Foto: “Stootblok”, van Jan A. Hof (website).