Flevorun vanaf en naar Lelystad als opmaat naar de Roparun: ‘Ik ga gewoon door’
Als training voor de prestigieuze Roparun werd in het weekend van 9 en 10 april de Flevorun gehouden. Een 24 uurswedstrijd, in estafettevorm, met niet Rotterdam als finish, maar het provinciehuis in Lelystad. Een route van 250 kilometer door Flevoland én Overijssel.
“Ik ga gewoon door.” Het klinkt simpel, maar voor Wim Bok (65) uit Lelystad is het een zinnetje dat hij een jaar of tien geleden misschien niet meer durfde uit te spreken. In 2011 deed hij al mee aan de Roparun, als sportieve renner. ,”Leuk idee, leuke prestatie, dacht ik. Maar dat jaar liep ik ’m niet uit, twee maanden later kwam ik erachter dat ik lymfeklierkanker had.”
Bizar toeval
Dat bizarre toeval maakte dat hij van renner ineens iemand werd voor wie de sponsortocht juist gelopen wordt. Er wordt geld ingezameld voor de niet-medische behandeling van kanker. ,,Ik ontmoette mensen in het ziekenhuis die met een haarkoeler rondliepen, om ondanks de behandeling hun haar te behouden. En er waren familiekamers in het ziekenhuis, vakantiehuisjes waar mensen in konden verblijven. Allemaal bekostigd door de Roparun. Ik heb aan den lijve ervaren hoe belangrijk die run is voor mensen met kanker.’’
Ik heb aan den lijve ervaren hoe belangrijk die run is voor mensen met kanker. Wim Bok
Inmiddels is Bok tien jaar verder en gaat het weer goed met zijn gezondheid. ,,Ik ben net weer op controle geweest: het ziet er goed uit.’’
Training
Het is de reden waarom hij dit weekend meedeed aan de Flevorun, als training voor de ‘echte’ Roparun. Maar liefst 24 uur liepen hij en zijn teamgenoten van Team Lelystad door Flevoland en een stukje Overijssel; ’s nachts werd er geslapen in Kampen, om twee uur zondagmiddag was de finish bij het Flevolandse provinciehuis.
Meedoen aan de Flevorun was voor veel deelnemers ook een symbolische actie in de strijd tegen kanker. Dat het dan ineens keihard begon te hagelen op de Ketelbrug was voor sommige renners dan ook geen probleem. ,,Kankerpatiënten hebben het zwaarder’’, was de gedachte waarmee die tegenslag werd doorstaan.
Blijdschap
Zaterdagmiddag werd het team opgevangen in het Toon Hermans Huis (THH) in Emmeloord, een inloophuis waar (ex-)kankerpatiënten in een huiselijke omgeving hun ervaringen kunnen delen. Daar stond Helga Brenninkmeijer van het THH de lopers op te wachten, blij met de ‘aanloop’ van de renners en met het sponsorgeld dat werd bijeengebracht.
“Het is allemaal vrijwilligerswerk, maar we hebben toch ook centjes nodig’’, vertelt ze. Rond een uur of vijf arriveerde daar het Team Lelystad, inclusief Wim Bok, omringd door mederenners die uiteraard allemaal van zijn bijzondere verhaal weten. “Hij doet er luchtig over, maar het is een wonder dat hij er nog is.”
Rustpunt
Voor Bok was het de eerste keer dat hij het Toon Hermans Huis in Emmeloord binnenkwam, het inloophuis in zijn woonplaats Lelystad kent hij daarentegen maar al te goed. “We willen juist die inloophuizen in het zonnetje zetten. Die hebben het ook heel zwaar gehad, in de coronacrisis.”